Nietsvermoedend open ik de grote envelope van KLM Flying Blue die ik zonet in mijn postvakje heb aangetroffen. Je weet wel, zo’n onpersoonlijke niet-gesigneerde brief met allemaal foldertjes erbij. Bijgevoegd blijkt ook een persoonlijk account met gevlogen miles te zitten. Hoewel het ergens onopvallend onderaan staat, steken de kleine lettertjes als een doorn in mijn oog: You need 12 more flights before 31/12/2009 to become Gold Member. Oh man, dan begint het bij mij meteen te borrelen. Als competatief ingesteld persoon voel ik me dan meteen uitgedaagd. En uitdagingen zullen aangegaan en overwonnen worden.
Met een denigrerende blik werd ik laatst door zo’n blauw uniformpje met blonde haren toegang tot de KLM-lounge op schiphol geweigerd. Nadat ik haar mijn zilveren pasje had overhandigd, keek ze lachend op van achter haar computer. Het bleek dat mijn hoeveelheid level miles bij lange na niet genoeg was om gratis koffie te komen zuipen. Het feit dat ik dacht dat ik daar wel eens in de buurt van zou kunnen zijn, vond ze grappig, schattig en naïef. Met alle begrip van de wereld bedankte ik haar en liep met een pokerface weg. Ze kon ook niet weten dat ik ook nog wel eens in een ander kleur vliegtuig stap. Maar, mijn dag was verpest. Woest was ik!
Ik MOET en ZAL dat plastic gouden rotpasje voor het eind van het jaar aan mijn portemonnaie toevoegen. Ik zal op handen van tientallen zingende blonde stewardesjes die lounge binnen worden gedragen waarna ik die mini-versnaperingen in grote getale tot mij zal nemen en mijn buik zal vullen met cola-light uit te kleine blikjes. Ik zal het gratis Wi-Fi belasten met honderden downloads tegelijkertijd en urenlang kokend hete douches nemen. Ik zal kilo’s zoutjes, croissantjes en koekjes in grote KLM-tassen die lounge uitsmokkelen voor tijdens mijn reizen. Dagen voor mijn vlucht zal ik neerstrijken in die lounge met dekens en kussens en zal ik daar in confort leven en het daar fijn hebben. Nee, ze zullen het bij KLM weten als ik goldmember ben. Ik zal hoogstpersoonlijk de hoogste bazen slapeloze nachten bezorgen terwijl ze wikken en wegen of het Gold Membership wereldwijd gezien nog wel lucratief is.
Ik telde de vluchten die ik nog voor het eind van het jaar ging maken en kwam op 10 uit. In 1 maand. Niet slecht, maar niet goed genoeg. Ik kwam in het totaal op 28 vluchten uit in plaats van de benodigde 30 om de gouden plak binnnen te slepen. “Pak een retourtje Londen met kerst, ga skiën of ga er lekker even tussenuit!”, zei een vriend van me aan wie ik het probleem had voorgelegd. Alsjeblieft niet zeg. Doe me een lol. Het ’probleem’ is namelijk dat ik tijdens het squashseizoen er al maanden ‘tussenuit’ ben. Dat ik al maanden ‘on the road’ uit een squashtas leef. Dat ik al maanden wedstrijd na wedstrijd, competitie na competitie, toernooi na toernooi over de hele wereld heb getrokken. Dus het laatste wat ik wil, als ik op 20 december na mijn laatste wedstrijd moe en kapot in Nederland aangekomen ben, is weer het land uit!
Kans is groot dat er deze winter ergens net over de grens op een Duitse berg, temidden van honderden blije door skiepret vergulde gezichten, kinderen omver skiënd, één chagrijn recht naar beneden knalt. Op weg naar huis. Naar Nederland. Naar zuurkool met worst.
Ja, je moet wat over hebben voor goud...