Op moment van schrijven ben ik een weekje terug van de US Open en blik terug op een succesvolle en unieke week in Chicago. Amerika ligt me na aan het hart en ik vind het fantastisch om daar toernooien te spelen. Ik won vier wedstrijden op rij en verloor uiteindelijk de finale van Wael El Hindi met 3-1. Het was zeker een mooie titel geweest maar soms moet je ook terug kunnen kijken en tevreden kunnen zijn met een finale.
We zaten in het Hard Rock Hotel, downtown Chicago, en vanaf de kwartfinales werd het toernooi gespeeld op een glazen baan op het podium van Millennium Park, waar normaal gesproken rock bands voor een afgeladen veld mensen spelen. Toen ik om 8 uur ‘s avonds van mijn hotel naar het veld liep, en me daarna backstage in de players’ lounge aan het voorbereiden was, bedacht ik me dat menig rock-god misschien wel dezelfde route had afgelegd. Misschien sliepen die ook wel in het Hard Rock Hotel en misschien waren die zich ook in de jamming-room aan het opwarmen voordat ze voor een joelende menigte opkwamen. Dan wel omringd met flessen Jack Daniel’s in plaats van sportdrank, handdoeken en bananen.
Tijdens dit Hard Rock toernooi leef ik een nachtleven. Ik speel laat op de avond, eet laat en val pas rond 3-en in slaap als ik mazzel heb. Ik heb op de eerste dag een all-day breakfast tentje gevonden en loop elke ochtend, rond een uur of twaalf, 25 minuten om me hier over te geven aan een geweldig Amerikaans ontbijt. Tijdens mijn ochtend-, of moet ik zeggen middagwandeling, loop ik langs talloze andere eettentjes, maar ik blijf bij Beef & Brandy, 127 South State Street, mijn ‘winning routine’. Elke dag: ground hog day, en ik geniet ervan. Zouden Steve Tyler en Axl Rose zich hier ook te goed hebben gedaan aan een ontbijt met eieren, spek en pannekoeken nadat ze een nacht hadden doorgehaald?
De zenuwen tijdens een toernooi zijn fantastisch. Ik moet het zo omschrijven omdat het me opvalt dat ‘zenuwachtig zijn’ vaak als iets negatiefs wordt gezien. Naast het feit dat ze me voorbereiden voor een spannende situatie, geeft het me de ultieme voldoening om ze de hele dag tot een minimum te beperken en ze dan de laatste twintig minuten voor mijn wedstrijd te gebruiken om een topprestatie te leveren. Die overwinning, zeker na een hele week, geeft een enorme kik. Als rock-ster is het natuurlijk niet cool te zeggen dat je zenuwachtig bent maar ik denk niet alleen dat het menselijk is, maar zelfs dat ze het nodig hebben om daar die gitaar solo neer te zetten. Mick en Keith, zijn jullie na al die jaren ook nog zenuwachtig voor een optreden?
Een beschonken opgezweept luid Amerikaans publiek kan er niet voor zorgen dat ik die finale naar me toe trek. Het is 9 uur ‘s avonds en 8 graden Celsius buiten en de mensen zitten ingepakt met dassen, wanten en dekens naar de strijd te kijken. Maar de kou snoert hun de mond niet. De oehs en aahs zijn na elke redelijk geplaatste slag te horen en tussen de games komen mensen naar me toe om een goedbedoeld advies te geven.
Na de prijs-uitreiking, speeches en walk of reflection naar het hotel douche ik en trek voor het eerst die week mijn spijkerbroek en een zwart T-shirt aan. Ik doe veel te veel gel in mijn haar en doe een armband om. Vanessa’s overwinning wordt gevierd met vrienden en vriendinnen en in een hotelkamer worden wat biertjes uit de minibar getrokken. Een aantal taxi’s en kroegen later, staan we met wat spelers, fans en een verdwaalde sponsor de US Open te vieren in een donkere ondergrondse nachtclub.
De volgende dag zit ik in het vliegtuig voor me uit te staren en denk aan de week die als een roes aan me voorbij is gegaan.
(LJ, 13 oktober, Amsterdam)